Nieuws  |  

24.01.2020

Quick-fixes voor grensoverschrijdende handel inzake btw

Heb je een vraag over dit artikel?
Contacteer ons hier!

Vanaf 1 januari 2020 worden nieuwe regels van kracht voor intracommunautaire goederenleveringen inzake btw. Het gaat om ‘snelle ingrepen’ (quick-fixes) waartoe op EU-niveau werd besloten en die aldus op alle EU-lidstaten van toepassing zijn.

 

Nieuwe grondvoorwaarden voor intracommunautaire leveringen

Bewijs van vervoer

Intracommunautaire leveringen van goederen zijn vrijgesteld van btw en het is aan de leverancier om de vrijstelling te bewijzen. Het bewijs van vervoer van de goederen naar de andere lidstaat is van essentieel belang bij de toepassing van de vrijstelling.

Vanaf 2020 gelden volgende regels: indien de leverancier instaat voor het vervoer van de goederen moet hij beschikken over twee niet-tegenstrijdige bewijsstukken afkomstig van twee onafhankelijke van elkaar zijnde partijen. Vervoert de afnemer de goederen dan is een verklaring van de afnemer noodzakelijk plus twee bewijsstukken.

Volgende bewijsstukken kunnen het intracommunautaire goederenvervoer aantonen: een ondertekend CMR-document, een factuur van de vervoerder van de goederen, een verzekeringsovereenkomst voor de verzending of het vervoer van de goederen, een door de bank afgegeven afschrift van betaling van het vervoer, bestemmingsdocument…

Hoedanigheid van de afnemer

Daarnaast dient de levering ook te gebeuren voor een btw-belastingplichtige. Voortaan is voor de intracommunautaire vrijstelling uitdrukkelijk vereist dat de afnemer zijn geldig btw-nummer van de lidstaat van aankomst van de goederen meedeelt aan zijn leverancier. De formele voorwaarde van het beschikken over het btw-identificatienummer van de afnemer wordt aldus een materiële voorwaarde bij de toepassing van de vrijstelling. Het feit dat de leverancier niet beschikt over het geldige btw-identificatienummer van zijn afnemer heeft voortaan wel degelijk tot gevolg dat men de vrijstelling niet kan toepassen! Controleer dus steeds grondig het btw-nummer van de afnemer via VIES.

Belang van IC-listing

Bovendien zal een nieuw artikel worden toegevoegd aan de btw-richtlijn die stelt dat de vrijstelling ook afhankelijk is van het indienen van een intracommunautaire opgave die de wettelijk verplichte vermeldingen over de leveringen bevat. Wanneer de Belgische btw-Administratie dus vaststelt dat de belastingplichtige geen IC-listing heeft ingediend of nagelaten heeft de juiste informatie op te nemen in de listing, dan kan zij de vrijstelling met terugwerkende kracht intrekken. Belastingplichtigen doen er dus goed aan hun intracommunautaire opgave zo goed mogelijk in te vullen.

Kettingverkopen

Bij (intracommunautaire) kettingverkopen – bijvoorbeeld driehoeksverkeer – vinden opeenvolgende verkopen plaats tussen verschillende verkopers en kopers waarbij de goederen evenwel rechtstreeks van de eerste verkoper naar de laatste koper in de reeks worden vervoerd. Er zijn aldus meerdere facturen, maar slechts één vervoerstransactie. In het kader van btw-rapportering kan het vervoer van de goederen slechts aan één van de transacties worden toegewezen. De andere verkopen in de ketting zijn dan leveringen zonder vervoer en maken dus een ‘nationale’ levering uit. Alleen de levering met vervoer komt mogelijks in aanmerking als vrijgestelde intracommunautaire levering.

In beginsel wijzigt hier niet veel. De nieuwe Europese regels vormen immers een bevestiging van wat we op vandaag reeds toepassen. Als hoofdregel geldt dat wanneer het vervoer wordt verricht door of voor rekening van A, het vervoer altijd wordt toegeschreven aan de levering A-B. Indien C het vervoer voor zijn rekening neemt, dan wordt het vervoer toegeschreven aan de levering B-C.

Wordt het vervoer evenwel verricht door of voor rekening van B dan dient men op basis van de contracten en leveringsvoorwaarden te bepalen aan welke relatie het vervoer dient toegekend te worden (ofwel A-B ofwel B-C). Biedt dit geen uitsluitsel dan geldt dat het vervoer wordt toegekend aan de relatie A-B wanneer B aan A een btw-nummer toekent van LS B of LS C. Deelt B aan A geen btw-nummer mee of een btw-nummer van LS A, dan wordt het vervoer toegekend aan de relatie B-C.

 

Verkopen op afroep

Verkopen of afroep (of call-off-stock) doen zich voor indien een btw-belastingplichtige een deel van de voorraad van zijn goederen overbrengt naar een andere EU-lidstaat ten behoeve van een andere btw-belastingplichtige. De eigendom van de goederen gaat echter niet direct over, maar pas op het moment dat de afnemer de goederen uit de voorraad haalt. Op het moment van overbrenging is de identiteit van de koper aldus reeds gekend.

Vele EU-lidstaten kenden reeds een vereenvoudiging voor de btw-gevolgen bij een call-off-stock. Met ingang van 1 januari 2020 treedt een vereenvoudiging in werking die in alle lidstaten op dezelfde manier geldt. Deze vereenvoudiging heeft tot gevolg dat de leverancier zich niet langer voor btw-doeleinden dient te identificeren in de lidstaat waar de voorraad zich situeert. En men aldus een rechtstreekse intracommunautaire levering kan verricht aan de eindafnemer. Belangrijke voorwaarden hierbij zijn dat:

  • De afnemer / eindklant reeds gekend is op het ogenblik van overbrenging;
  • De leverancier en de afnemer dienen de overbrenging op te nemen in een register;
  • De onttrekking aan de voorraad moet binnen een jaar na de overbrenging plaatsvinden.

 

Indien je hierover meer informatie wenst, contacteer ons dan op het nummer 051 26 82 68  of via e-mail naar info@titeca.be.